Werk

Vakantiedagen


Het duurt niet lang meer voordat de feestdagen aanbreken. Tussen kerst en oud- en nieuw is het voor veel bedrijven – mede dankzij de nieuwe lockdown – veel minder druk. Een ideaal moment voor werkgevers om werknemers verplicht vakantie op te laten opnemen. Maar mag een werkgever dit doen?

Uitgangspunt

In Nederland is het uitgangspunt dat werknemers zelf mogen bepalen wanneer zij vakantie opnemen. Het doel van vakantie is tweeledig: enerzijds stelt het een werknemer in staat om uit te rusten en anderzijds geeft vakantie een periode van ontspanning en vrije tijd. Als er contractueel niets is afgesproken over het opnemen van vakantiedagen, bepaalt de werknemer zelf wanneer hij dit opneemt.

Maatregelen overheid

Vanwege de vergaande maatregelen van de overheid wordt het dagelijks leven ernstig beperkt. Veel werknemers voelen er dan ook weinig voor om tijdens corona vakantie op te nemen. In ‘coronatijd’ valt er namelijk weinig ontspanning te vinden. Op vakantie gaan is ook niet meer geoorloofd. Het is daarom voor werknemers interessanter om vakantiedagen op te sparen voor de periode na corona.

(Boven)wettelijke vakantiedagen

In de wet is opgenomen dat de wettelijke vakantiedagen uiterlijk binnen 6 maanden na afloop van het jaar dat een werknemer deze heeft opgebouwd moet opnemen. Dit betekent dat wettelijke vakantiedagen over 2020 uiterlijk vóór 1 juli 2021 opgenomen dienen te worden. Doet een werknemer dit niet, dan komen ze te vervallen. Bovenwettelijke vakantiedagen vervallen pas na 5 jaar. Bij het opnemen van vakantiedagen worden eerst de wettelijke vakantiedagen afgeschreven.

Gewichtige redenen

Een werkgever is er niet bij gebaat dat werknemers de vakantiedagen opsparen tot het ‘post-corona-tijdperk’. Enerzijds is het nu rustig en hoopt een werkgever na corona weer (extra) omzet te generen. Een werkgever kan daarom ‘gewichtige redenen’ hebben dat zijn werknemers de vakantiedagen niet gaan opnemen op het moment dat de markt weer aantrekt. Het argument van gewichtige reden werd in het verleden veelal door werkgevers gebruikt indien zij een vakantieaanvraag van een werknemer weigerden in verband met (bijvoorbeeld) drukte. Uit de jurisprudentie blijkt dat niet snel sprake is van een ‘gewichtige redenen’.

Belangenafweging

Indien een werkgever zijn werknemers wil verplichten om vakantie op te nemen (en hierover niets afgesproken), dan is dit een eenzijdige wijziging van het arbeidscontract. Vanwege de coronacrisis is het vraagstuk van de eenzijdige wijziging eerder aan bod gekomen. Lees bijvoorbeeld het artikel (Mag ik mijn leaseauto blijven gebruiken?). Ook daar komt het neer op een belangenafweging. Ook bij het toewijzen van vakantie is dit het geval.

Hoe toetst een rechter dit?

Een werkgever zal moeten onderbouwen waarom hij bepaalde werknemers verplicht tot het opnemen van vakantiedagen. Er is nog weinig jurisprudentie op dit gebied, maar vermoedelijk zal de toets voor het ‘verplicht opnemen van vakantiedagen’ minder streng zijn dan bijvoorbeeld het innemen van een leaseauto (die ook privé gebruikt mag worden). In dat geval kan de werknemer namelijk geen gebruik meer maken van de leaseauto, terwijl bij het toewijzen van vakantiedagen een werknemer hetzelfde aantal vakantiedagen behoudt. Daarbij lijkt onder andere op grond van Europese regelgeving dat het vaststellen van vakantiedagen is toegestaan. Zeker nu veel werknemers  vakantiedagen ‘opgespaard’ hebben, is het interessant of werkgevers gebruik gaan maken van deze ‘eenzijdige wijziging’.